Twitter
English

Vliegen

 
Als je voor het eerst kennis maakt met gallen, wil je meestal eerst graag weten hoeveel verschillende soorten er te vinden zijn en dus begin je alles te verzamelen wat los en vast zit. Dozen vol met gedroogd materiaal hou je er aan over. Tegenwoordig denk ik dat het beter is om de exemplaren te fotograferen (digitaal of dia) en als je geïnteresseerd bent in de galmaker is het een goed idee de gal 'uit te broeden'. De onderstaande lijst met beschrijvingen van galmaker en hun gastheer zijn soorten die ik zelf, of een andere gallenliefhebber, heb gezien. Er staat vaak een beschrijving bij en waar mogelijk een foto. Voor mensen die geïnteresseerd zijn in de Nederlandse verspreiding van plantengallen kunnen straks kijken naar de database die op deze website wordt toegepast. Omdat het onderwerp van plantengallen pas recentelijk weer in de schijnwerpers staat, is onze database nog niet zo groot, maar alle bijdrages zijn welkom!


Chirosia betuleti is een vlieg uit the familie der Anthomyiidae, die de top van een varenblad doet krullen tot een losse prop (Redfern et al. 2002). Binnen in de prop leven de maden in mijnen in de hoofdnerf van het blad, waardoor deze gaat krullen. De gal is redelijk algemeen.

(Foto: J. Wolfs)

  

Lipara species komen voor op Phragmites australis, oftewel Riet. Ze veroorzaken een matige verdikking van de stengel en zijn daardoor soms niet makkelijk te vinden. Gallen van Lipara zijn met name te vinden op minder optimaal groeiend riet, bijvoorbeeld op minder natte delen van een oever.

Lupara lucens, de Sigaargalvlieg, is hiernaast op de foto's te zien en is mogelijk de meest voorkomende soort. Ze veroorzaakt de dikste sigaargal van de verschillende soorten Lipara in Nederland. De gallen worden soms opengepikt door vogels, zoals koolmees.

Daarnaast zijn er nog Lipara pullitarsis, de Zwartvoetsigaargalvlieg, enLipara rufitarsis, de Roodvoetsigaargalvlieg.

(foto's: B. Kabbes)

  

Urophora cardui is een vlieg die spectaculaire vervormingen van de stengels van Cirsium arvense, Akkerdistel, veroorzaakt. De gal heeft een heel compacte interne structuur en er zitten verschillende larven in een gal. De gal zit vaak op de vertakkingen of op het bovenste deel van de plant. In het laatste geval veroorzaakt de gal dan meestal het uitblijven van de bloei. De gallen zijn rond en langwerpig, speolvormig, gebogen of recht. Ze zijn 6-50 mm lang en 4-20 mm in diameter. In de gal zijn de larvenkamers onregelmatig verdeeld gepositioneerd en de larven zijn wit van kleur. De gal is in het begin groen en een beetje zacht. Later wordt de gal bruin en hard. De made verpopt zich in de gal. 
Omdat mensen daar wel eens vragen over stellen heeft Margaret Redfern wel uitgelegt hoe de larve in staat is om de gal uit te komen in het voorjaar:"Larven van Urophora cardui veroorzaken galkamers die niet besloten zijn en een tunnel naar de buitenkant van de gal blijft bestaan, opgevuld met kapotgekauwde plantenresten. Als de vlieg naar buiten wil kunnen komen moet de gal eerst in de herfst op de grond vallen, zodat de gal een beetje weg kan rotten en het makkelijker is voor de vlieg om zichzelf naar buiten te drukken. Dus de gal moet eerst een beetje uit elkaar vallen, verteren. Bij gallen die niet op de grond komen te liggen kunnen de vliegen dus ook niet naar buiten komen."